Er komen steeds meer woonvormen, ook voor ouderen. Zowel voor mensen die op dit moment nog geen zorg of ondersteuning nodig hebben als voor mensen die dat wel hebben, bijvoorbeeld vanwege dementie. Maar de meeste ouderen zijn niet op de hoogte van de diverse woonvormen. Die komen regelmatig ter sprake tijdens de dialoogbijeenkomsten.

Ruim de helft van alle 75-plussers woont alleen. Zij overwegen alleen om te verhuizen als zij zorg of ondersteuning nodig hebben. Dat blijkt uit de Woonmonitor, een landelijk onderzoek van Bureau Vijftig en het Aedes-Actiz Kenniscentrum Wonen-Zorg in samenwerking met vier woningcorporaties (Sité Wonen, Allee Wonen, Wonen Breburg en Laurentius). Uit datzelfde onderzoek blijkt, dat de meeste mensen niet of nauwelijks op de hoogte zijn van de diverse woonvormen.

Natuurlijk zijn er de traditionele woonvormen, zoals de serviceflat, het verzorgingshuis en het verpleeghuis. Daarnaast zijn er bijvoorbeeld kangoeroewoningen (een combinatie van twee zelfstandige woningen met een eigen voordeur, verbonden door een trap of tussendeur), groepswonen (ouderen delen een gewone woning, – voorbeeld: Thuishuis) en kleinschalig wonen (groepswoningen, met name voor mensen met dementie).

Bespreek je wens en zoek

Door de onbekendheid van deze woonvormen weten veel mensen hoe zet het aan moeten pakken. En dan gebeurt er meestal niets. In de dialoog komen tips en oplossingen

Margina van Ommeren, trainer van Zorg Verandert: “Tijdens een van de bijeenkomsten vertelde een deelneemster over haar wens om samen met een aantal andere ouderen een gezamenlijke woonvorm op te starten. Maar ze wist niet hoe ze dat moest aanpakken. Doordat ze tijdens de dialoogbijeenkomst haar wens deelde met de andere deelnemers, realiseerde ze zich dat ze haar wens hoognodig eens moest gaan bespreken met haar eigen naasten. Als eerste stap op weg naar vervulling van die wens.”